Met het oog op vergunningverlening aan de zogeheten ‘PAS-melders’, wordt de Regeling natuurbescherming eind dit jaar aangepast. De consultatieversie van deze regeling is gepubliceerd. In dit artikel praten wij u bij over de voorwaarden voor en prioritering van legalisatie.
Er wordt een landelijke ‘ammoniakbank’ ingericht, waarin depositieruimte wordt opgenomen specifiek voor PAS-projecten. Vanuit deze ammoniakbank kan depositieruimte worden toegedeeld voor het verlenen van een natuurvergunning, mits;
- voor het project onder het PAS een meldingsplicht gold;
- een PAS-melding is gedaan;
- het project op 29 mei 2019 volledig was gerealiseerd of op die datum stappen waren gezet of onomkeerbare investeringen waren gedaan met het oog op volledige realisatie;
- voor de activiteit inmiddels geen natuurvergunning is verleend;
- zogenaamde interim-uitbreiders komen in aanmerking voor volledige legalisatie als zij ten tijde van de melding een totaal projecteffect hadden (interin-situatie + melding) die lager was dan de destijds geldende grenswaarde voor een PAS-melding;
- indien het uitgevoerde project substantieel afwijkt van het gemelde, er niet méér stikstofdepositie wordt veroorzaakt op stikstofgevoelige Natura 2000-habitats;
- de activiteit nog steeds wordt verricht;
- een aanvraag om een natuurvergunning of omgevingsvergunning is ingediend.
Projecten waarvoor vóór 1 mei 2021 een verzoek tot legalisatie van de PAS-melding is ingediend, krijgen voorrang bij het reserveren van depositieruimte. Vervolgens krijgen projecten voorrang, die gezamenlijk de beschikbare depositieruimte optimaal benutten.